Lezingen uit de bijbel voor de rooms-katholieke liturgie in de buitengewone vorm

Zaterdag in de derde week van de Vasten

Jezus en de overspelige vrouw (Lucas Cranach de Oude, 1532, Museum voor Schone Kunsten, Boedapest)
Jh 8:7-11

Toen ze op een antwoord bleven aandringen, keek Hij op en zei: ‘Wie van u zonder zonde is, moet dan maar als eerste een steen op haar werpen.’ En weer bukte Hij zich om op de grond te schrijven. Zij echter trokken na die woorden weg, de een na de ander, te beginnen met de oudsten, zodat Hij alleen achterbleef met de vrouw daar vóór Hem. Jezus keek op en vroeg haar: ‘Waar zijn ze gebleven, vrouw? Heeft niemand u veroordeeld?’ ‘Nee Heer, niemand’, antwoordde ze. Waarop Jezus zei: ‘Ik veroordeel u ook niet. Ga nu maar, en zondig voortaan niet meer.’.

Volgende mis Vorige mis